Ga direct naar: Hoofdinhoud

Uit de tijdcapsule: Claw Boys Claw blikt terug op 42 jaar bandleven, waterkanonnen, U2 en Effenaar

Door Tijs Heesterbeek | 8 mei 2025
Claw Boys Claw

Dit jaar wordt het de achttiende keer dat Claw Boys Claw in Effenaar staat. En dat zal hoogstwaarschijnlijk ook de laatste keer zijn, want de band heeft aangekondigd te stoppen met optreden. Alhoewel je dat bij de vrijgevochten band eigenlijk nooit echt zeker weet. Reizend langs de verschillende optredens in Effenaar schetsen we een carrièreoverzicht, beschreven aan de hand van de anekdotes van de twee bandleden van het eerste uur zelf: zanger Peter te Bos en gitarist John Cameron.

In afwachting op de komst van Peter bladert John door het posterboekje van 1980 tot 1989 van Effenaar en stopt bij een poster van The Fuzztones. “Hé, daar was ik bij! In die tijd ging ik wel vaker naar de Effenaar. Zo heb ik daar ook The Gun Club en Nick Cave gezien.” De heren dragen Effenaar een warm hart toe. Peter noemt Effenaar dan ook wel een “Claw Boys Claw-enclave.”

1983: Het begin

Claw Boys Claw ziet het levenslicht in 1983 en nog geen jaar later staat de band al op het podium van Effenaar. Er is weinig bekend over de begintijd van Claw Boys Claw. Met welk idee gingen ze de oefenruimte in bijvoorbeeld? Op deze vraag kijken Peter en John elkaar lachend aan. Peter: “Er zat niet echt een plan achter. John, Bobbie (Rossini, bassiste) en Allard (Jolles, drummer en bandoprichter) waren al zwaar bezig met muziek, toen ik toevallig voorbij kwam rollen. Ik zat niet echt in een band. Ja… de Cornetto’s uit Alkmaar.” John valt lachend in: “Dit heb ik nog nooit gehoord! Ik heb jou alleen maar altijd over een kerkkoor horen praten waar je in zong.” Peter: “Het was ook niet veel. De reden waarom ik bij de Cornetto’s zat was omdat ik ‘I’m Down’ van The Beatles kon zingen. De Cornetto’s… Goede naam eigenlijk…”

Claw Boys Claw
Afbeelding: Portretreeks achterkant album 'Shocking Shades of Claw Boys Claw'

John: “Ik speelde in bandjes die niet uit de oefenruimte kwamen. Een beetje punk naspelen. Allard was een aanjager en echt gepassioneerd bezig met de eerste garagerockbandjes, sixtiesbandjes en punkverzamelaars. Peter kende daar helemaal niks van; die had nog nooit van Iggy Pop of The Gun Club gehoord.” Peter voelde zicht wel meteen thuis bij de band: “Ze hadden wel een zanger, maar dat liep niet zo lekker, dus vroeg ik of ik niet een keer kon meerepeteren.”

John: “ Zoals ik het me herinner, heb jij tegen Beryl – mijn zus – gezegd: ‘Ik kan veel beter zingen dan die gast’, want we hebben één keer opgetreden in de Melkweg met een zanger die inderdaad niet kon zingen.” Peter: “Ik ben naar hun repetitiehok gegaan, ze hadden al wat nummers klaar en zeiden tegen mij: ‘nou… kom, zing maar’. Ik mocht meteen mijn eigen stempel drukken op de teksten.” Peter richt zich tot John: “Is er ooit een stemronde geweest of ik mocht blijven?” John schudt zijn hoofd: “Nee, het was al gelijk duidelijk dat je paste.”

Peter: “Wat ik me vooral kan herinneren van die tijd is hoe raar ik het vond om mijn stem terug te horen op een opname. Dat was ik niet gewend.” John: “Maar dat is ook wel een universeel ding; dat je je irriteert aan je stem.” Peter resoluut en lachend: “Ik heb me nooit geïrriteerd aan mijn stem. Laat ik dat voorop zetten!”

1984: Het eerste optreden in Effenaar

Hun debuut-LP ‘Shocking Shades Of Claw Boys Claw’ wordt in drie uur opgenomen, nadat ze vijfhonderd gulden hebben gewonnen bij een talentenshow. De plaat staat vol rauwe rock-‘n-roll, garagerock, punk en rockabilly en wordt goed ontvangen door pers en publiek. De band wordt al snel een hype en gaat meteen op tour door Nederland.

Op 11 mei 1984 doen ze Effenaar aan. Wat voor publiek kwam er eigenlijk op dat optreden af? Peter reageert meteen lachend met zijn kenmerkende stemgeluid: “Tuig!” John: “Het waren voornamelijk punks en mensen die nét gehoord hadden van de garagerock, trash rock en nieuwe noisebands. ‘Garagerock’ was nog een nieuwe term. Men wist niet dat die naam uit Amerika kwam en daarmee bands werden bedoeld die in garages repeteerden. Dus gingen mensen uit enthousiasme opeens een auto middenin de zaal zetten ofzo als wij moesten optreden. In Nederland waren er nog weinig gelijken voor bands als The Gun Club en The Cramps. Ik denk dat we daarom meteen als hoofdprogramma in zalen als de Effenaar konden staan.”

1987: Waterkanonnen in Polen

In 1987 is de band een gevestigde naam. Na hun debuut en ‘With Love From The Boys’ uit 1986 komt in dat jaar hun derde album ‘Crack My Nut’ uit. De plaat is opgenomen in de befaamde Hansa Tonstudio in Berlijn, waar eerder grote namen als Lou Reed, Iggy Pop, Marillion en Killing Joke hun platen hadden opgenomen. Ten tijde van de opnames van ‘Crack My Nut’ neemt in de studio boven Claw Boys Claw Nick Cave and the Bad Seeds zijn plaat ‘Tender Prey’ op en in datzelfde jaar trekt ook The Gun Club in de studio voor ‘Mother Juno.’ John: “Achteraf gezien was er wel een Amerikaanse scene van bands waar wij een soort connectie bij voelden. Maar andersom was dat eigenlijk helemaal niet. The Gun Club of Nick Cave keken niet echt naar ons om. Kid Congo Powers (gitarist van The Gun Club - red) heeft ons wel ooit eens opgenomen [een tweetal nummers op de maxi-single ‘Indian Wallpaper’ – red.], maar dat was gewoon een klus voor hem. Na die opnames was het weer ieder voor zich.”

Ondanks de status moest de band in die tijd alles zelf bolwerken. Ook van de platenmaatschappij krijgt Claw Boys Claw weinig hulp. Peter, ietwat verbolgen: “Die platenmaatschappij snapte er helemaal niks van! Die had niet door waar wij mee bezig waren.” John vult aan: “Zo’n label kende de hele scene niet waar wij ons in thuis voelden. Maar onze boeker en manager Willem Venema wél. Die was bijvoorbeeld heel close met Jeffrey Lee Pierce [zanger van The Gun Club - red.] en zorgde ervoor dat we met hen konden touren door Europa.”

Het is ook Venema die de band op de affiches krijgt van grote Europese festivals als Pinkpop en Roskilde in Denemarken. Én het Jarocin Festival in Polen. Niet echt een sinecure in die tijd, met het IJzeren Gordijn nog ferm overeind. Peter: “Dat was wel grappig, of ja grappig… Er stonden mensen met guns langs het veld!” John: “En er was ook een waterkanon. Het publiek mocht niet bewegen, dus niet dansen of pogoën, en zodra er ook maar enige beweging was, ging het waterkanon erop. Dat was wel heftig.” Peter grinnikend: “Stonden wij daar ‘Shake It On The Rocks’ te spelen…”

Claw Boys Claw
Afbeelding: Poster concert 1987

Op de driehoekige (!) poster van hun vierde optreden in Effenaar, prijkt ook de naam van het voorprogramma: Live on Grey. Een foutje, want het moet Life on Grey zijn; een ambitieuze jonge Eindhovense band, waarvan de zanger later frontman wordt van een andere band uit Eindhoven. John: “Dat zijn die jongens van Peter Pan Speedrock toch? Dat was wel andere muziek, iets meer wave. We hebben daarna wel een aantal keer met Peter Pan Speedrock gespeeld, maar ik kwam er pas na een tijdje achter dat Peter van Elderen ook in Life on Grey had gespeeld. Beetje arrogante gedachte misschien, maar ik heb altijd het gevoel gehad dat ze door de voorprogramma’s bij ons hun stijl hebben veranderd. Omdat ik me zo verwonderde om de complete omslag qua stijl.” Peter, weer met zijn typische galmende stem: “Tuurlijk joh! Gewoon: ja. JA!”

Claw Boys Claw was vuiger dan ons, en dat vuige sprak me wel aan. Maar we zaten al wel eerder in een overgang van een ‘muzikantenband’ naar meer rock-‘n-roll. Maar voor mijn persoonlijke muzikale opvoeding krijgt John zeker credits!”
Peter van Elderen – Frontman Peter Pan Speedrock

1994: Op de catwalk

Begin jaren negentig vieren ‘de Claw Boys’ hun grootste successen. Ze staan op grote vaderlandse festivals als Parkpop en Pinkpop en met de ballad ‘Rosie’ scoren ze zowaar een notering in de hitparade. In het kielzog van de populariteit van grunge lijkt ook Claw Boys Claw een nieuwe fanschare aan te boren. Ook zijn het de hoogtijdagen van de Nederlandse alternatieve rock met bands als Hallo Venray, Bettie Serveert, Gotcha! en Urban Dance Squad. Op 16 december 1994 staat de band weer in Effenaar met nummers als 'Get You Off', 'Sugarlite Blonde' en 'Walk Away'.

Peter is naast zanger ook vormgever en vanaf 1994 verantwoordelijk voor de huisstijl van Lowlands. Daarnaast ontwerpt hij niet alleen het logo van zijn eigen band, maar ook die van Urban Dance Squad, een band die veel indruk maakt op de heren. John: “Eigenlijk was er tot Urban Dance Squad geen band die de zaal zó op zijn kop konden zetten.” Peter vond de band een revelatie: “Na verloop van tijd gingen wij opeens ook van die funky punk maken. Maar daar kwamen we al vrij snel van terug.” John: “Wij zijn ook nooit een band geweest die dingen na deden. We deden altijd ons eigen ding. Dat is een beperking die in je voordeel werkt.”

Of dat het in hun voordeel werkte is misschien niet te meten, maar in die tijd deed de band ook veel grotere voorprogramma’s in Nederland. De meest in het oog springende? Het voorprogramma van U2 tijdens hun ‘Achtung Baby’-tour in De Kuip. “Dat was een belevenis hoor! Ik had nog nooit zoiets gezien. Het leek wel een dorp onder het podium! We zijn op de tweede dag ook nog geüpgraded. De eerste dag moesten wij openen en speelde Einstürzende Neubauten na ons. Maar iemand van die band [die erom bekend stond dat ze sloopafval als instrumenten gebruikte – red.] gooide een loden pijp in het publiek. Dus die lagen er na de eerste dag meteen uit en kregen wij hun plekje. We gingen daar nog gigantisch de mist in. U2 had een lange catwalk en het was eigenlijk helemaal niet de bedoeling dat je daar als voorprogramma gebruik van maakte. Maar ja, je kent Peter: die trok zich daar niks van aan en liep die catwalk op. Maar wij speelden niet met een draadloze microfoon, dus er zat een vertraging op de zang. Tijdens ‘Rosie’ ging dat dus helemaal mis", lacht John, die nog steeds onder de indruk is.  

Niet alleen stond de band in het voorprogramma van U2, eerder nog was de band de begeleidingsband van Frank Black tijdens een voorprogramma van Sinéad O'Connor in Ahoy. John herinnert: “Toen de Pixies uit elkaar gingen, ging Frank Black meteen solo op tour met Pixies-nummers, en stond dus in het voorprogramma van Sinéad O'Connor. Maar hij had geen begeleidingsband. Toen heeft Willem Venema gezegd dat hij nog wel een band wist. We wilden repeteren, maar we kregen geen afspraak gemaakt. Uiteindelijk hebben we de avond ervoor in zijn hotelkamer de nummers akoestisch even doorgenomen. Natuurlijk kenden we de nummers van de Pixies wel, maar ik dacht toen dat dat nooit ging lukken. Maar het bleek dus dat hij op het podium een waanzinnig goeie dirigent is! Dat had ik nog nooit ervaren. Hij trok ons helemaal mee.” Dan, bedenkelijk: “Rare combi trouwens: Pixies en Sinéad O'Connor…”

2000 – 2007: Sabbatical?

Na de tour rond het achtste album ‘Will-o-the-Wisp’ uit 1997 treedt de band nog onregelmatig op, maar vanaf de eeuwwisseling wordt het erg rustig uit het Amsterdamse kamp. Waren ze uit elkaar? Peter verklaart: “Geert (de Groot, bassist) en Marc (Lamb, drummer) wilden een andere kant op dan dat John en ik voor ogen hadden. Dus toen vroegen John en ik ons af of we een nieuwe ritmesectie moesten zoeken. Uiteindelijk zijn we bij John in een verbouwde kledingkast met z’n tweeën wat nummers gaan maken. We waren dus nooit uit elkaar. Het was een soort nieuwe leertijd om te ontdekken dat we ook samen muziek konden maken in plaats van met een hele band in het repetitiehok.

We kregen meer ruimte om te luisteren. Hierdoor zijn we veel melodieuzer gaan werken. In die tijd ontstonden dan ook de nummers voor ‘Pajama Day’.” Met drummer Marc en nieuwe bassist Marcus Bruystens wordt er vanaf 2007 weer opgetreden, onder andere op Lowlands. Maar het antwoord op de vraag of ze hun eerste optreden nog weten, moeten de heren schuldig blijven. John: “Ik wist wel dat ik het eng vond om opeens weer te spelen.”

2008: Wennen aan het nieuwe zalencircuit

Zomaar een quote uit een live-recensie op de website KindaMuzik over hun tiende optreden in Effenaar op 22 mei 2008, de eerste in het vernieuwde pand: "Zeg, waar is die oude Effenaar eigenlijk gebleven?", vraagt Peter te Bos zich halverwege het optreden van Claw Boys Claw af. "Plat ja?" Hoofdschuddend werpt hij een meewarige blik richting de grond. Veel podia waar de mannen in de jaren negentig furore maakten, hebben plaats moeten maken voor nieuwbouw. Claw Boys Claw is echter niet de band om daarover te zeuren. Een fractie van een seconde later zet Te Bos alweer breed lachend het volgende nummer in.” Moesten ze wennen aan het nieuwe zalencircuit?

Peter: “Ja, het leek opeens allemaal op elkaar. Alles was gemaakt volgens een soort van architectenplan. Ik miste het zweet aan de muur.” John: “De sfeer was opeens wel anders. En ja, dat is nostalgie, maar je kan die sfeer niet effe bouwen. Alles werkte, het geluid was goed en er was ventilatie zodat het niet te warm werd op het podium. Allemaal van die dingen die voor ons eigenlijk niet hoeven. Niet dat we het niet leuk vinden om in die zalen op te treden. En de meeste zalen zijn nu ook al dik twintig jaar oud, dus het komt wel goed.” Peter grinnikend: “En ik probeer altijd wel wat te mollen.”

2013: Tiny Desk-optreden

Op 26 april 2013 staat de band voor de elfde keer in Effenaar. Maar niet voordat het Eindhovens Dagblad ze uitnodigt voor een concert op de redactie. Je zou het de voorloper van de tiny desk-optredens kunnen noemen. John: “Ja, dit herinner ik me nog. Zoals het er nu uitziet lijkt het stoffig, maar het was heel leuk. Van dit soort kleine optredens, ook een instore in een platenzaak ofzo, is altijd wel leuk om te doen. In ieder geval wanneer het winkelpersoneel ook daadwerkelijk geïnteresseerd is in je.”

Het was legendarisch! Ik herinner me dat Peter te Bos per se alle collega's op de redactie wilde overtuigen. Sommigen wilden doorwerken, omdat er gewoon deadlines waren. Je kon aan de mannen merken dat ze overal hadden gespeeld: van donkere holen tot mega-festivals. Dus een middag-optreden op een krantenredactie was voor hen geen barrière meer.
Frank van den Muijsenberg – popjournalist Eindhovens Dagblad

2014: Blauwdruk

In januari 2014 stond Claw Boys Claw voor de twaalfde keer in Effenaar, dit keer samen met Bettie Serveert en Hallo Venray in een uitverkochte Grote Zaal. Het gold als de blauwdruk voor Come As You Are, het festival vol gitaarmuziek van jonge honden en gevestigde namen - en waar de band bijna de huisband is. De heren reageren volmondig positief of ze deze show nog kunnen herinneren. John: “Ik heb hiervan nog wel mooie foto’s van gezien, van een zaal die uit zijn bol gaat met mensen die daar de dag erop spijt van hebben.”

Claw Boys Claw
Foto: Patrick Spruytenburg | Claw Boys Claw in Effenaar in 2016

Maar is de band niet bang voor het golden oldies circuit? Peter: “Ik denk dat je dat zelf een beetje in de hand hebt. Dit soort optredens zijn altijd leuk, maar het zijn ook bands die cool zijn gebleven en waarmee het altijd gezellig is.” John: “We hebben een keer op Pinkpop Classic gespeeld [in 2008 met o.a. Heather Nova en Simple Minds - red.], maar daar werd ik wel een beetje triest van. We stonden ook tussen bands waarvan ik het gevoel had dat we daar niet bij pasten.” Peter: “Wie spelen er dit jaar eigenlijk op Come As You Are?”

2025: Afscheid van het podium

Samen met andere oudgedienden Metal Molly en The Fun Lovin Criminals en jonge honden Teen Creeps en Skating Polly staat de band staat de band voor zijn vierde en dus laatste optreden op Come As You Are; het achttiende optreden in Effenaar. Wanneer kwam het idee om afscheid te nemen van het podium?

John: “Na vorige zomer kwam de gedachte dat we misschien maar beter konden stoppen nu we het nog kunnen.” Peter: “We zijn nog relatief gezond, we hebben geen last van bierbuiken… Ja, dan kan je lachen, maar dat is ook nog een dingetje! En stoppen is een groot woord, we kunnen onze tijd stoppen in andere dingen maken. Die ruimte is wel lekker en zo blijft het voor ons ook spannend. Maar voor die tijd komen we ook nog gewoon met een nieuwe plaat, en ik kan je wel vertellen…” buigt naar voren: “…die is niet misselijk! Ik word er af en toe bang van!”

Claw Boys Claw
Claw Boys Claw
Claw Boys Claw
Foto: Marco Smeets | Claw Boys Claw op Come As You Are in Effenaar in 2023

Ze zijn dus niet bang voor een zwart gat? John: “Ik zal altijd muziek blijven maken. Wanneer de tour eind december stopt, weet ik dat het optreden ga missen. Maar dat ebt wel weer weg.” Peter denk vooral aan het publiek: “Ik ben benieuwd hoe daar het nieuws aankomt. Het is wel rot voor alle fans die ons altijd gesteund hebben en zelfs hun eigen shirtlijn hebben opgezet, toch?” Hij kijkt John vragend aan.

Die reageert droog: “Dat ze niet weten wanneer de reünietour komt?”

Wil jij Claw Boys Claw nog een laatste keer bewonderen in Effenaar? Op zaterdag 4 oktober speelt neemt de band afscheid in Eindhoven met een show op het festival Come As You Are. Scoor hier je tickets:

Contact

Dommelstraat 25611 CK Eindhoven

info@effenaar.nl+31 (0)40 311 83 12